3T onderzoek: Taal, 22q11 en TOS

Met wie je contact hebt

Dr. Tessel Boerma is postdoctoraal onderzoeker in het project. Tijdens haar master Linguistics (Taalwetenschap) aan de Universiteit Utrecht richtte ze zich op taalontwikkelingsstoornissen bij kinderen en liep ze onder andere stage bij Koninklijke Kentalis. Ze promoveerde in 2017 aan de Universiteit Utrecht (afdeling Orthopedagogiek) op haar onderzoek naar de cognitieve ontwikkeling en taalontwikkeling van eentalige en meertalige kinderen met en zonder een taalontwikkelingsstoornis (TOS).

Binnen het huidige project onderzoekt Tessel de relatie tussen taal, cognitie en mentale gezondheid bij adolescenten met 22q11DS en TOS in vergelijking met jongeren zonder taalproblemen.

UU  / LinkedIn  / CoDEmBi

 

Jantine Wignand, MA, MSc, is promovenda (junior onderzoeker) in het project. Na haar bachelor in Liberal Arts & Sciences (University College Roosevelt; richting cognitieve wetenschappen, psychologie en taalwetenschap) volgde ze zowel de master Neuropsychologie als de onderzoeksmaster Linguistics (Taalwetenschap) aan de Universiteit Utrecht. Tijdens haar masters liep ze stage bij het 3T project en nu doet ze er haar promotieonderzoek. Ze onderzoekt hoe de woordenschat van kinderen met 22q11DS zich ontwikkelt. Daarnaast kijkt ze naar hoe aandacht, geheugen en andere factoren de woordenschatontwikkeling beïnvloeden.

 

ALUMNI

Dr. Emma Everaert was promovenda in het project. Tijdens haar bachelor Psychologie (richting cognitieve neuropsychologie) liep ze stage bij de afdeling experimentele psychologie van de Universiteit Utrecht. Na haar bachelor volgde ze de onderzoeksmaster Neuroscience and Cognition aan de Universiteit Utrecht. Tijdens haar master liep ze stage bij het promotieproject van Tessel en bij het Babylab van het UiL-OTS, waar ze nog steeds werkt.

Op 26 april 2023 heeft Emma haar proefschrift verdedigd. Haar proefschrift, getiteld ‘Taalstoornissen en executieve functies bij kinderen: Het 22q11.2 deletiesyndroom als etiologisch homogeen model voor taalontwikkelingsstoornis’ is hier te vinden. Emma werkt sinds september 2022 als senior onderzoeker bij Auris.

UU LinkedIn 

 

Dr. Iris Selten was promovenda in het project. Na haar bachelor Pedagogische wetenschappen volgde ze zowel de master Orthopedagogiek als de onderzoeksmaster Development and Socialization in Childhood and Adolescence aan de Universiteit Utrecht. Tijdens haar master liep ze stage op de afdeling psychiatrie in het UMC Utrecht en behaalde ze haar basisaantekening Psychodiagnostiek. Daarna werkte ze als onderzoeksassistent bij het Niche (Neuroimaging in Childhood) Lab in het UMC Utrecht.

Op 14 juni 2023 heeft Iris haar proefschrift verdedigd. Haar proefschrift, getiteld ‘Meer dan Woorden: Het 22q11.2 deletiesyndroom als genetisch model om variatie in neuropsychiatrische symptomen bij kinderen met een taalontwikkelingsstoornis te begrijpen’ is hier te vinden. Iris werkt sinds december 2022 als post-doc onderzoeker bij d’Arc (Universiteit van Amsterdam).

UU  /  LinkedIn

 

Marieke Huls, MA, werkte als onderzoeksassistent mee aan het 3T onderzoek. Zij studeerde Taalwetenschap aan de Rijksuniversiteit Groningen en volgde de master Neurolinguïstiek. Binnen het 3T project helpt zij met dataverzameling en -verwerking. Daarnaast werkte ze als logopediste in een vrijgevestigde logopediepraktijk.

LinkedIn

Drs. Fenna Duijnkerke werkte als onderzoeksassistent in het project. Na haar bachelor Psychologie (richting kinder- en jeugdpsychologie en neuropsychologie), volgde ze de master Klinische Kinder- en Jeugdpsychologie aan de Universiteit Utrecht. Tijdens haar bachelor en master liep ze stage bij de afdeling psychiatrie in het UMC Utrecht. Tijdens haar master behaalde ze haar basisaantekening Psychodiagnostiek. Ook werkte ze als onderzoeksassistent bij het KinderKennisCentrum van de Universiteit Utrecht.

LinkedIn

 

Johanna Harder, BA, werkte als stagiaire bij het project. Na het afronden van de bachelor Duitse Taal en Cultuur is ze begonnen aan de master Meertaligheid en Taalverwerving aan de Universiteit Utrecht. Tijdens haar stage onderzocht ze de manieren om pragmatische vaardigheden van kinderen met TOS en 22q11DS te beoordelen. Pragmatische vaardigheden zijn vaardigheden met betrekking tot interactieve communicatie waarbij het niet alleen gaat om taal. Denk hierbij aan de sociale normen en gewoontes in de communicatie, zoals het niet onderbreken van de gesprekspartner en rekening houden met zijn of haar voorkennis. Maar ook het gebruik van gebaren, lichaamshouding en gezichtsuitdrukkingen behoren tot de pragmatische vaardigheden.

 

Yannick Peters, BA, werkte als stagiair bij het project. Na zijn bachelor in Taalwetenschap te hebben afgerond is hij verder gegaan met de onderzoeksmaster Taalwetenschap en Communicatie aan de Universiteit van Amsterdam. Yannick heeft tijdens zijn stage een overzicht gemaakt van de genetische diagnoses van de deelnemende kinderen met 22q11DS en deze in meer detail bekeken. Hiermee draagt hij bij aan de uitvoering van het 3T onderzoek. Daarnaast onderzocht hij of er een verband is tussen de specifieke genetische diagnose en verschillende taaltaken.

 

Ymke Rankenberg, BA, was betrokken bij het project als stagiaire. Na haar bachelor Taalwetenschap is ze begonnen met de onderzoeksmaster Linguistics aan de Universiteit Utrecht. Binnen het project hielp ze mee met het verzamelen, verwerken en analyseren van de data. Ook schreef Ymke haar masterscriptie bij het project. Hierbij kijkt ze hoe het verloop van de taalontwikkeling verschilt tussen jonge kinderen met 22q11DS en typisch ontwikkelende kinderen.

 

Feline de Wit was als tweedejaars student van de onderzoeksmaster Brain and Cognitive Sciences aan de Universiteit van Amsterdam betrokken bij het project. Na haar BA in Engelse taal en cultuur (UvA) heeft ze ook de onderzoeksmaster Taalwetenschap gedaan aan de UvA. Tijdens haar stage bij het 3T onderzoek onderzocht ze de relatie tussen taal en gedrag bij kinderen met TOS en 22q11DS.

 

Maaike Steggink, BA, BSc, was masterstudent Klinische Gezondheidswetenschappen. Na een bachelor Taalwetenschap aan de Universiteit Utrecht volgde ze een tweede bachelor Logopedie aan de Hogeschool Utrecht. Binnen het huidige project onderzocht ze de grammatica van werkwoorden van kinderen met 22q11DS in vergelijking met kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Daarnaast is ze werkzaam als logopedist in een logopediepraktijk, waar ze (jonge) kinderen met taal- en spraakontwikkelingsstoornissen begeleidt en behandelt.

Marten Giezeman, BA, werkte als stagiair bij het project. Nadat hij zijn bachelor Nederlandse Taal en Cultuur afgelopen jaar had afgerond, is hij begonnen aan de master Meertaligheid en taalverwerving aan de Universiteit Utrecht. In het 3T onderzoek ondersteunde hij bij de dataverzameling en -verwerking.